Nationale Omgevingsvisie: goede inzet, uitwerking moet concreter
juni 21, 2019
Nationale Omgevingsvisie: goede inzet, uitwerking moet concreter
Natuur- en milieuorganisaties zijn enthousiast over de vergezichten die de ontwerp-Nationale Omgevingsvisie schetst. Vooral de inzet op behoud van natuur en landschapskwaliteiten springt eruit. Als het gaat om de concrete uitwerking en handvatten voor provincies en gemeenten, past een meer kritische houding.
Op 20 juni 2019 werd in Vijfhuizen de ontwerp-Nationale Omgevingsvisie (NOVI) gelanceerd door Minister Ollongren (BZK). Hierin zijn 21 nationale belangen opgenomen, waarop het rijk richting wil geven en sturingsinstrumenten aan wil reiken. Het gaat dan onder andere om klimaatadaptatie, het verbeteren van de natuurkwaliteit en het beschermen van landschappelijke waarden en cultureel erfgoed.
Regierol rijk
De natuur- en milieuorganisaties zijn blij dat het rijk met deze NOVI een deel van de regie weer naar zich toetrekt, vooral om verdere versnippering in het landschap te stoppen. Hank Bartelink, directeur van LandschappenNL: ‘We staan nu voor belangrijke nationale transities op het gebied van landbouw, natuur, ruimtelijke ordening, klimaat en energie. Het is van grote waarde dat er weer gestuurd wordt op onderwerpen die de provinciegrenzen overschrijden, zoals biodiversiteit, landschap en de veenweideproblematiek.’ Positief is ook dat het rijk bij de sturing rekening houdt met de kenmerken van een gebied en dat op basis daarvan een gebiedsgerichte aanpak wordt bepaald. Het zou goed zijn om de unieke kenmerkte van gebieden ook in de kaartbeelden te integreren, zodat we ook per gebied een visie kunnen ontwikkelen.
Kritisch
De groene organisaties zijn ook kritisch. De 21 nationale belangen zijn nog grotendeels sectoraal en het is daardoor onzeker hoe natuur- en landschapswaarden worden meegenomen in de grote transitie-opgaven. Het zou daarom goed zijn om een aantal positieve beleidsinstrumenten in de NOVI te borgen, zoals gecertificeerde maatregelen die leiden tot vergroting van de biodiversiteit, en ruimtelijke ingrepen die leiden tot een verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving op het platteland. Op deze manier sluit de NOVI goed aan op de ontwikkelingen in het kader van het herstelplan biodiversiteit. Daarbij is monitoring is van groot belang. Dankzij een onlangs aangenomen motie komt er in elk geval een zelfstandig monitoringssysteem voor het landschap, dat een centrale plek zal innemen in de uitwerking en evaluatie van de NOVI.
Doorwerking provincies en gemeenten
De NOVI is de landelijke versie van provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies, waarvan er al verschillende zijn opgesteld. De natuur- en milieuorganisaties zullen nauwgezet de doorwerking van het nationaal beleid volgen. Hans van der Werf, directeur Friese Milieufederatie: ‘Na jaren van beleid voorbereiden, wordt het nu tijd om zaken als actieve soortenbescherming, landschappelijke waarden en goede waterkwaliteit verder te borgen. Dan kan herstel plaatsvinden en kunnen we met elkaar behouden wat ook waard is te behouden: onze eigen identiteit en een gezonde leefomgeving.’
Tags:Jeannine van Bree
Projectleider gezonde leefomgeving – citizen science