Stikstof, van probleem naar crisis naar oplossing
Stikstof, van probleem naar crisis naar oplossing
Sinds enkele maanden is Nederland in de ban van de “stikstofcrisis”. De fundamentele oplossing daarvan begint met het erkennen van de problemen en achterliggende oorzaken. Kunnen we later terugkijken op de stikstofcrisis als het omslagpunt naar een duurzaam landgebruik en een mooier, gezonder Nederland?
november 2, 2019
Sinds enkele maanden is Nederland in de ban van de “stikstofcrisis”, waarvan iedereen weet heeft sinds de demonstraties van boeren op het Malieveld en bij de provinciehuizen. De “stikstofproblematiek” bestaat natuurlijk al veel langer, namelijk al enkele decennia. En die betreft de forse overbelasting van de natuur in Nederland door ammoniak uit de landbouw en stikstofoxiden uit verkeer en vervoer. Door een teveel aan voedingsstoffen verdwenen tal van kwetsbare plantensoorten en raakte de bodem verzuurd. Als kettingreactie verdwijnen ook veel insecten en vogels. Juist de meest waardevolle natuurgebieden in Nederland, de Natura 2000 gebieden, hebben daar veel van te lijden en kwijnen weg. Maar ook andere natuur verarmt, zoals de bossen op de Utrechtse Heuvelrug. De rechter heeft uitgesproken dat het Nederlandse beleid voor het terugdringen van die stikstofbelasting ernstig tekortschiet. Daardoor is de vergunningverlening voor tal van bouwprojecten stilgevallen. En nu is een probleem voor de natuur veranderd in een crisis voor het land.
Het is treurig dat het zover heeft moeten komen. Met een eerdere serieuze aanpak van de stikstofemissies had dit kunnen worden voorkomen. Nu is acuut ingrijpen nodig en vrezen boeren een schoksgewijze aanpak die voor hen grote gevolgen kan hebben. Een vrees die ik begrijp, in het licht van de onzekerheden en vele beleidsregels waarmee zij de afgelopen jaren al zijn geconfronteerd. Waarvoor ik geen begrip kan opbrengen is het ontkennen van feiten en het bagatelliseren van de problematiek door boerenvoorlieden, het aanvallen van de feitenbrengers (zoals het RIVM), en het pleidooi om de status van natuurgebieden te verzwakken om de stikstofcrisis te laten “verdwijnen”. Wat blijft er over als we het kleine beetje natuur dat we nog hebben verder laten wegkwijnen? Wie wil er wonen in een land dat zo omgaat met de natuur en met de gezondheid van mensen?
Maar wat dan wel? Een oplossing van een probleem begint met het erkennen van de problematiek in al zijn facetten. Er is een serieus probleem voor onze natuur. Dat weten we allang en dat wordt keer op keer door onderzoek bevestigd. Niet alleen stikstof, maar het totaal aan effecten van ons landgebruik, verkeer en industrie zorgde al voor 60 tot 80% achteruitgang van insecten en vogels in de afgelopen decennia. Het wordt steeds stiller en kaler op het platteland. Niet voor niets heeft een brede groep van maatschappelijke organisaties (inclusief de landbouworganisaties!) en wetenschappers zich verenigd in een Deltaplan Biodiversiteitsherstel. Een heel belangrijke sleutel voor dit herstel ligt, zeker voor stikstof, bij de landbouw – al moeten ook verkeer en industrie een aandeel leveren. De weg van voortdurende intensivering van het landgebruik zal moeten worden omgebogen naar het werken met kringlopen en samenwerken met de natuur. Ook dit is al lang en breed erkend en inmiddels ook de ambitie van de minister van Landbouw en grote delen van de agrarische sector. Laat de stikstofcrisis de concrete aanleiding zijn om die omslag nu echt te gaan maken. Van steeds meer produceren voor een steeds lagere kostprijs (waarvoor natuur en leefomgeving een hoge prijs betalen) naar minder produceren, met meer kwaliteit en een goede prijs voor de boer.
Want niet alleen de natuur heeft een serieus probleem, boeren hebben dat ook. Zij werden de afgelopen decennia gedwongen in een ontwikkelrichting van steeds méér produceren. De liberalisering, eisen van de bank (meer dieren, kostprijsverlaging) bij het verstrekken van leningen, lage prijzen in de winkels, steeds nieuwe regels vanuit de overheid… Dit samenspel zorgde voor een systeem waarin voor veel boeren alleen “groeien” perspectief bood. Om een oplossing te vinden moeten we ook dit probleem erkennen.
Alleen met een economisch perspectief in een duurzaam, natuurinclusief productiemodel is een werkelijke oplossing mogelijk. We horen veel van boeren dat zij ook anders wíllen werken, dit deels ook al doen, maar ook nog erg zoeken naar praktische aangrijpingspunten en financieringsmogelijkheden. Boeren geven ook aan behoefte te hebben aan kennis en ervaringen van collega’s. In de provincie Utrecht zijn we met natuur- en landbouworganisaties begonnen met het stimuleren van deze omslag. Een begin, in de regio, dat voor doorontwikkeling afhankelijk zal zijn van veranderingen in beleid, omgaan met grond, koopgedrag van consumenten, de opstelling van afnemers (supermarkten, de zuivelketen) en kredietverlening.
Deze verandering vraagt tijd, en zal niet op korte termijn een oplossing bieden voor de vastgelopen vergunningverlening. In een recent rapport van Wageningen Universiteit wordt deze systeemverandering naar kringlooplandbouw als één van drie oplossingsrichtingen genoemd. Twee andere zijn het nemen van technische maatregelen aan de bron (voer, stallen, beweiding, mestaanwending, etc.) en gebiedsgerichte aanpakken. Waardevol in het rapport is dat per provincie wordt aangegeven welke gebieden het meest kwetsbaar en overbelast zijn en welke bronnen van stikstof de grootste bijdrage leveren. Naast de landbouw zijn ook in (vlieg)verkeer en industrie acties nodig.
Laten we samen aan de slag gaan om échte oplossingen te vinden. Oplossingen waarmee we op korte termijn lucht creëren, en op een termijn van 10-20 jaar toewerken naar een landbouw in Nederland die goed is voor de natuur, voor mensen en voor boeren. Dan kunnen we later terugkijken op de stikstofcrisis als het omslagpunt naar een duurzaam landgebruik en een mooier, gezonder Nederland.
Zie ook het nieuwsartikel: NMU: kabinetsvoorstel voor aanpak stikstofproblematiek teleurstellend
Tags: